Rotterdammers verbouwen in de buurtmoestuinen van GroenGoed hun eigen groenten. Door het tuinieren en het gezonde eten zitten ze lekkerder in hun vel. De groene oases vergroten de saamhorigheid in de buurt.

Rutger Henneman staat soms tussen de pompoenen naast Pompenburg terug te zwaaien. Fietsers, wandelaars en soms zelfs automobilisten steken hun duim omhoog, als ze de ‘sociaal hovenier’ samen met buurtbewoners in de aarde vlakbij Hofplein zien wroeten. ‘Het is een te gekke locatie,’ zegt Rutger. ‘Ingeklemd tussen de oude Shell-toren en het spoor. Mensen worden blij als ze tussen het grijs van een stad opeens mensen bezig zien in het groen. Vaag? Nee, een cultuur van optimisme draagt bij aan onze gezondheid. Groen geeft lucht, net zoals street art prikkelt.’

Saamhorigheid
GroenGoed is een netwerk van acht buurtmoestuinen in Rotterdam, met name in Noord. Rotterdammers verbouwen op vaste tijden samen met hun buren groenten, fruit en kruiden. ‘Iedereen mag helpen, onze tuinen hebben geen drempels,’ zegt Rutger. ‘Samen planten tot bloei brengen zorgt voor saamhorigheid, buren leren elkaar beter kennen. Maar iemand die liever in alle rust werkt, is net zo goed welkom. We geven alleen geen stukjes grond in beheer aan individuen. Onze tuinen zijn van iedereen.’

Opknappen tussen de planten
De tuinen worden beheerd door buurtbewoners, met hulp van één of twee sociaal hoveniers. ‘Wij stimuleren het eigenaarschap bij mensen in de wijk, creëren zo betrokkenheid bij het lokale groen,’ zegt Rutger. ‘Maar we hebben geleerd dat er ook een professional actief moet zijn. Anders sterft een tuin na een paar jaar een stille dood. Bovendien kan of wil niet iedere vrijwilliger een ander op sleeptouw nemen. Terwijl tuinieren voor moeilijkere doelgroepen juist helend kan zijn. Die begeleiden we dus. Fysiek bezig zijn in de buitenlucht – we hebben al meerdere mensen na een burn-out tussen de planten zien opknappen.’

Koken met courgettes
Hoe toegankelijk de stadsmoestuinen zijn, bewijzen zo’n vijftig kinderen rondom het Wilgenplantsoen in het Oude Noorden. Elke dinsdagmiddag komen ze wel even aanwaaien. Ze harken een paar minuten en zwermen daarna weer neer in een klimrek. Rutger: ‘Lekker ravotten, maar ondertussen leren ze wel over gezond eten. En als we aan het einde van de middag de oogst verdelen onder de deelnemers, dan nemen ze ook wat mee voor thuis. De week erop komen ze terug met verzoekjes: “Hebben jullie ook munt?” “Mijn moeder kookt graag courgettes, mag ik die meenemen?”’

Peren en pompoenen
Meewerken in de stadsmoestuinen kost niets, de oogst gaat gratis mee naar huis. Rutger: ‘Vergeet niet dat verse groenten voor mensen die leven in armoede vaak niet te betalen zijn. Door onze tuinen eten ze toch gezond. De aandacht voor een gezonde leefstijl is goed, maar het moet geen elite-ding worden. Bij mensen die leven op of onder het bestaansminimum zijn de gezondheidsproblemen het grootst. Zij zíjn te bereiken. Simpel, want ook zij zijn nieuwsgierig als je voor hun deur met peren en pompoenen in de weer gaat.’