Vier mensen in gesprek tijdens de GALA bijeenkomst

Hoe zorgen we in Rotterdam voor een goed fundament voor gezondheid? Hoe dringen we gezondheidsachterstanden verder terug? Het is een greep uit de vragen die aan de orde kwamen tijdens de werksessie ‘Gezondheid in de stad’ op 1 juni. Naar aanleiding van het Gezond Actief Leven Akkoord (GALA) scherpt ook de gemeente Rotterdam het preventief gezondheidsbeleid verder aan. Samen met de partners van Gezond010 wordt de toekomstige aanpak uitgebreid besproken op een plek waar samenspel altijd belangrijk is: de Kuip.

De bijeenkomst in de Kuip opende met een gesprek met Faouzi Achbar, Wethouder Welzijn, Samenleven, Sport en Digitale Inclusie en Yvonne van Duijnhoven, directeur Publieke Gezondheid & Welzijn. De laatstgenoemde benadrukt dat alle landelijke programma’s een gemeenschappelijke paraplu zullen krijgen en dat de vrijblijvendheid er af gaat: ‘We gaan nog meer de samenwerking opzoeken in alle programma’s die nu al lopen. Een aantal programma’s krijgt extra middelen, zoals valpreventie, mantelzorg en eenzaamheid. Er komt ook focus op de doelgroep met een gezondheidsachterstand. We moeten het lef hebben om daar ongelijk in te investeren.’ Ook wethouder Achbar benadrukt het belang van samenwerken. ‘We kunnen als gemeente prachtige plannen bedenken, maar zonder partners komen we er niet.’

Investeren in gezondheid

De eerste spreker van de bijeenkomst krijgt de zaal stil met zijn indrukwekkende presentatie ‘Een stevige start: je postcode is belangrijker dan je genetische code’. Prof. dr. Eric Steegers, hoofd afdeling Verloskunde en Gynaecologie van het Erasmus MC, vertelt hoe de gezondheid van aanstaande ouders enorm bepalend is voor de gezondheid van hun nageslacht. En daarmee voor de kansen en het welzijn van die kinderen. In bepaalde buurten is die armoede aanwijsbaar groot, met alle gevolgen van dien: ‘In Charlois was de babysterfte vier keer hoger dan het landelijk gemiddelde als gevolg van armoede. Het stond gelijk aan de babysterfte in Albanië.’ Als we willen dat mensen daadwerkelijk langer gezond zijn, vraagt dat volgens Eric om een ommezwaai in de zorg. Daar moet veel meer aandacht zijn voor de leefomstandigheden van toekomstige ouders en van zwangere vrouwen. Dat moet een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid worden in meerdere werkvelden, ook het sociaal domein. Eric: ‘We moeten investeren in gezondheid. Hoe vroeger, hoe beter.’

Buurtaanpak op maat

De presentatie van GGD Preventiedokters toont aan dat een op maat gemaakte buurtaanpak bij gezondheidsvraagstukken meer impact heeft op de mensen die dit het hardst nodig hebben. Tijdens de Covid-crisis merkte de GGD dat bepaalde groepen niet bereikt werden met de grootschalige campagne. GGD-arts Timo Boelsums: ‘We waren genoodzaakt om een andere benadering te bedenken. Dat deden we bijvoorbeeld door pop-up testlocaties in bepaalde wijken te plaatsen. Onder meer in wijken waar 70% van de bevolking zich eerder niet liet testen. Nu hadden we een opkomst die 50% hoger lag.’ Wat ook effectief bleek, was de aanwezigheid van artsen in de wijken. Zij gingen op straat het gesprek aan met mensen. Dat werkte goed bij doelgroepen die zelf niet zo snel een dokter bellen. Preventiedokter Rosanne Verwijs ging ook de straat op en merkte dat artsen veel vertrouwen oproepen: ‘Een arts wordt gezien als een betrouwbare bron. Daarbij deden we zelf ook veel kennis op voor betere preventie. Door met mensen te praten, ontdek je echt wat bij de doelgroep leeft.’ Ook bij andere thema’s zoals gezonde voeding en HPV zorgde de buurtaanpak voor meetbare positieve resultaten. Timo: ‘Kwetsbare buurten vragen om een continue benadering. Artsen zorgen daarbij voor vertrouwen en een goede informatievoorziening. We zijn in gesprek met de gemeente hoe we kunnen inzetten op de gezondheidsverschillen in de stad. We gaan deze methode daarom zeker verder ontwikkelen.’

Mét de mensen

Een panel van ervaringsdeskundigen en Gezond010-partners spreekt over samenwerking en over het bereiken van de doelgroep. Het panel: Ieke Wichers (Gro Up), Wies Vink (directeur bij stichting InMovement), Meriame El Baz (ervaringsdeskundige), Bastian Zoon (gymleraar bij basisschool de Triangel), Tabitha Mudde (Basisberaad) en Nadia Fiddani (Beweegplus Chong Hong). De panelleden zijn het eens dat een netwerk belangrijk is, maar dat samenwerkingen wel veel tijd kosten. Het sociaal domein blijkt vaak een belangrijke schakel, ook bij het bereiken van de doelgroep. Wies vult aan: ‘Bereiken is één ding, maar vervolgens moet je ze vast zien te houden door goed passend aanbod. Dat vraagt om een actief beleid. En soms vraagt het om hele kleine dingen, zoals een langslaper even wakker bellen zodat hij wel op tijd bij de cursus komt.’

Kleinschalig bewegen

Panellid Nadia Fiddani weet heel goed hoe ze haar doelgroep moet bereiken, omdat ze er deel van uitmaakt. Tijdens de taekwondolessen van haar kinderen raakte ze in gesprek met andere ouders over bewegen. Daar was behoefte aan, maar sport was voor veel mensen niet laagdrempelig genoeg. Samen startten ze de Beweegplus-les ‘Powervrouw’. Nadia: ‘We wilden iets doen op ons eigen tempo en niveau. We spraken met Rotterdam Sport Support en het Sportbedrijf Rotterdam, die ons de middelen en ideeën boden. Inmiddels kijken we naar uitbreiding.’ Dat succes komt volgens haar voort uit het directe contact met de doelgroep. ‘Die weet als geen ander wat nodig is. Voor mensen uit mijn omgeving is het belangrijk dat iets echt om hen draait. Dat ze niet als middel worden gezien om een subsidieaanvraag te kunnen doen. Daarom heb je mensen in het veld nodig die actie ondernemen. Dat vraagt ook om vertrouwen vanuit de overheid, als zij zaken bekostigen. Maar dat is een kwestie van praten.’ Die overheid zou zich ook vaker moeten laten zien onder de bevolking, vindt ze. ‘Laatst kwam een wethouder bij ons op bezoek. Daar spraken we mee in de kleedkamer! Dat is voor ons bijzonder, want zo iemand kan voor ons echt iets betekenen.’

Opwaartse spiraal

Ook Meriame el Baz nam plaats in het panel. Ze vertelt hoe zij positieve ervaringen heeft met de mogelijkheden die haar geboden werden. Ze volgde een cursus Empowerment en Beweging via InMovement. Elke keer een uur les over gezondheid en voeding, gevolgd door een uur beweging. Meriame: ‘Het was een kans die mij een excuus gaf om tijd voor mezelf te nemen. Het heeft me veel gebracht. Ik ben vooral mentaal sterker geworden, heb nieuwe doelen, doe een taalcursus en ben op zoek naar een nieuwe opleiding. De cursus heeft voor mij echt iets in beweging gezet, een opwaartse positieve spiraal.

Publiek in gesprek

Tijd dat de luisteraars zelf aan de slag gaan. In groepjes van twee worden vragen besproken die op kaartjes staan die onder de stoelen lagen. Wat heeft prioriteit in het terugdringen van gezondheidsachterstanden om een gezonde generatie te creëren? En hoe kunnen we dit volgens hen het beste realiseren? De duo’s krijgen een paar minuten om dit gezamenlijk te bespreken en voegen zich dan samen tot groepjes van vier en acht personen. Uiteindelijk ontstaan vier grote groepen die met elkaar in gesprek gaan over de vraagstukken van vandaag. Én bedenken wat voor hen de hoogste prioriteit heeft en waar compromissen mogelijk zijn. De uitkomsten worden plenair gedeeld. Groep één wil bubbels doorbreken en vindt dat ongelijke investeringen tot meer gelijke kansen kunnen leiden. Zij zouden graag een stip op de horizon zien waar zaken aan kunnen worden opgehangen. De volgende groep vindt dat iedereen bestaanszekerheid moet hebben. Zij pleiten voor een beter contact met de burger, zodat het vertrouwen in de burger groeit en ook kleine initiatieven makkelijker financiering krijgen. De volgende groep vindt dat er al veel aanbod is, maar dat het niet altijd goed vindbaar is. Zij willen ook meer inzet van sleutelfiguren in de wijken. De laatste groep vindt ook dat er te veel afstand is tot de doelgroepen. Zij noemen een gezinsbenadering als een goede optie.

Er vielen in de werkvorm twee thema’s op. De eerste gaat om het benutten van de kracht van bestaande initiatieven. Het advies luidt om initiatieven van onderaf te laten ontstaan en om te kiezen voor samenwerking. Het tweede thema grijpt terug op wat Eric Steegers vertelde tijdens zijn presentatie. Hij pleitte ervoor dat een gezonde leefstijl al begint in de buik van de moeder: begin zo vroeg mogelijk (preconceptie) met het bevorderen van gezondheid. Maak gebruik van life-events om gedragsverandering te bewerkstelligen. Jong geleerd is oud gedaan.

Samenwerken

Dagvoorzitter Merlijn Snijders sluit af, maar niet voordat hij het netwerk heeft uitgenodigd om ook mee te denken in de stappen die zullen volgen. Samenwerken, daar draaide het vandaag tenslotte om!